Artificiële Intelligentie (AI) in Odisee

Sinds de lancering van ChatGPT in het najaar van 2022 is "Artificiële Intelligentie" een hot item. Ondertussen zijn er een hele reeks die verschillende taken kunnen uitvoeren zoals het schrijven van teksten, het produceren van code en het creëren van beelden. Ook in het onderwijs zullen deze nieuwe technologieën een rol spelen. Op deze pagina vind je de basisprincipes van de positie van Odisee ten opzichte van het gebruik van AI in het onderwijs.

We hebben geprobeerd deze zo toekomstbestendig mogelijk te maken, maar alles evolueert zo snel dat aanpassingen niet uit te sluiten zijn. Die zullen dan ook op deze pagina te vinden zijn.

De basics

De basispositie van Odisee ten opzichte van het gebruik van AI

Het basisstandpunt van Odisee is dat het zinloos is het gebruik van AI in het onderwijs te willen tegenhouden. Studenten (en docenten) kunnen én zullen het gebruiken.

Onafhankelijk van het gebruik van gelijk welke ondersteunende technologie, blijft de auteur van een tekst altijd verantwoordelijk voor het eindresultaat. Met andere woorden: degene die materiaal produceert blijft sowieso verantwoordelijk voor de inhoud. Staan er fouten in de tekst, de code of het beeldmateriaal die je (ook) met AI maakte, dan is dat altijd voor jouw rekening. Op dat vlak is AI niet anders dan spellingscontrole of software die automatisch literatuurlijsten in je tekst invoegt.

Fraude

Wanneer is het gebruik van AI niet toegelaten?

Het gebruik van AI-systemen is niet toegelaten in deze twee gevallen:

  1. Iedere situatie waarin het gebruik van AI-tools expliciet verboden is;
  2. Wanneer het geproduceerde materiaal niet overeenkomt met je eigen kennis en competenties. 

Een docent kan om verschillende redenen het gebruik van AI verbieden. Dat kan in de ECTS-fiche, maar ook in de opgave van een opdracht of de toelichting van een andere evaluatie-activiteit. Typische voorbeelden zijn activiteiten waarin spelling, grammatica, schrijfstijl, programmeervaardigheden, enz. het doel zijn. 

Onderwijs heeft tot doel de kennis en competenties van studenten te vergroten. Evaluaties dienen om die kennis en competenties te beoordelen. Wanneer je AI gebruikt op een manier die het onmogelijk maakt om daarover een juiste uitspraak te doen, dan is dat fraude. Om het in de woorden van het Examenreglement te zeggen (Artikel 83): fraude is elk gedrag van een student in het kader van een evaluatie waardoor deze het vormen van een juist oordeel omtrent de kennis, het inzicht en/of de vaardigheden van hemzelf dan wel van andere studenten geheel of gedeeltelijk onmogelijk maakt of poogt te maken. Op die manier is het gebruik van AI dus niet anders dan spieken, of samenwerken wanneer dat niet mag.

Wanneer mag je AI wel gebruiken?

In principe is het gebruik van AI in alle andere situaties toegelaten:

  • AI-tools kunnen als hulpmiddel worden ingezet om tot een betere tekstkwaliteit te komen (structuur, spelling, stijl, …) en je kan daar zelf ook uit leren (met eventuele bespreking hiervan tijdens lessen);
  • Als ondersteuningstool voor studenten bij het organiseren en plannen van je eigen leerproces;
  • Als ondersteuningstool bij het ontwikkelen van digitale producten.